De behandeling bestaat uit manuele technieken (Artrogene (gewrichts-) mobilisaties en neurogene (zenuw-) mobilisaties, oscillaties), waarbij we de functionele stoornis kunnen oplossen. Hierbij zijn de handen het belangrijkste werk-instrument. Niet enkel de regio van het letsel, maar ook regio's die mee verantwoordelijk zijn voor het ontstaan van het letsel worden behandeld, rekening houdend met de onderlinge samenwerking van spieren, gewrichten en zenuwen in wervelkolom en extremiteiten.
Iedere patiënt en pathologie is verschillend en vraagt een specifieke aanpak die in elke behandeling geëvalueerd en bijgesteld wordt waar nodig. De therapie wordt in de meeste gevallen aangevuld met doelgerichte oefentherapie (stabilisatietraining, coördinatieoefeningen, oefeningen voor houdings - en bewegingsgevoel, ...) om recidief te voorkomen.